Samenvatting
Eind jaren vijftig en begin zestig van de vorige eeuw werd de wereld opgeschrikt door de geboorte van circa 12.000 mismaakte baby’s wereldwijd. Hun moeders bleken ter bestrijding van ochtendmisselijkheid het slaapmiddel thalidomide (Softenon*) te hebben gebruikt. Deze vrouwen bevielen van kinderen die armen en/of benen misten of andere
afwijkingen hadden. Sommige moeders konden de wetenschap dat dit het gevolg was van eigen handelen (namelijk medicijngebruik) niet aan en pleegden zelfmoord. Anderen sloegen de hand aan hun baby, soms in samenwerking met artsen.
Maar Softenon was niet het enige middel met desastreuze gevolgen. Ook het hormoonpreparaat des heeft slachtoffers gemaakt, zelfs tot in de derde generatie (de kleinkinderen van de oorspronkelijke gebruiksters!). Deze gebeurtenissen maken pijnlijk duidelijk dat geneesmiddelen een schadelijke invloed kunnen hebben op het ongeboren kind. Maar niet alle geneesmiddelen zijn slecht. Zo kunnen tegenwoordig veel aandoeningen dankzij geneesmiddelen goed behandeld worden.
Ook aandoeningen waaraan vrouwen in de vruchtbare leeftijd – en dus ook zwangere vrouwen – lijden. Sommige aandoeningen zijn zo ernstig dat geneesmiddelgebruik ook tijdens de zwangerschap noodzakelijk is.
Ook zwangerschapskwalen of problemen bij borstvoeding maken geneesmiddelgebruik soms wenselijk.
De doktersassistent en zwangerschap
Als doktersassistent moet je vrouwen voor en tijdens (met name de eerste negen weken van) hun zwangerschap en erna goed kunnen adviseren bij zwangerschapskwalen en het geven van borstvoeding. In deze nascholing staat geneesmiddelgebruik centraal, maar zal – waar nodig – ook kort worden stilgestaan bij niet-medicamenteuze therapie en leefstijladviezen.
Her en der door de nascholing vind je kaders die naar een facultatieve verdieping in het besloten gedeelte van de AccreDidact-website verwijzen. Dit gaat om informatie die voor een doktersassistent interessant kan zijn, maar niet belangrijk is voor de uitoefening van je dagelijks werk. Naar deze stof wordt uiteraard niet gevraagd in de toets.
Behalve de inhoud van je adviezen is de manier waarop je adviseert erg belangrijk. Veel zwangere vrouwen zijn van nature al extra gevoelig voor alles wat met hun gezondheid en die van hun nog ongeboren kind te maken heeft. Een ondoordachte opmerking kan aanleiding zijn voor maanden vol spanning en onzekerheid. Het is goed om je dit te realiseren.
Vruchtbaarheids- of erfelijkheidsproblemen zijn omvangrijk genoeg voor eigen nascholingen. Bespreking ervan valt buiten het bestek van dit programma.
We hebben voor het gemak een ‘Medische begrippenlijst’ opgesteld met termen uit deze nascholing die je misschien niet kent. Deze kun je net als de facultatieve verdiepingen vinden onder Downloads in je besloten nascholingdossier op de AccreDidact-website.
* We maken met het vermelden van de merknaam een uitzondering op de regel dat alleen stofnamen worden vermeld. Juist door het schandaal is Softenon® net als bijvoorbeeld Luxaflex® een huishoudnaam geworden;
het doet kunstmatig aan thalidomide te gebruiken waar de alarmbellen bij Softenon direct gaan rinkelen.
Accreditatie
NVDA-accreditatie voor 3 uur onder accreditatienummers DA 11002 (schriftelijk) en DA 11003 (eLearning)
Inhoud
BLOK A Zwangerschap
A1 Zwangerschap en ontwikkeling van de foetus
A2 Zwangerschapskwalen en leefstijladviezen
A3 Borstvoeding
BLOK B Geneesmiddelen bij zwangerschap en lactatie
B1 Classificatiesystemen voor geneesmiddelen
B2 Noodzakelijk geneesmiddelgebruik bij zwangerschap en borstvoeding
Actie en verantwoording
Literatuur
Antwoorden bij vragen en casuïstiek
Overleg met collega’s en de huisarts(en)
Opdrachtblad ‘Opnemen in het takenpakket’
Bijlage: Toets voor doktersassistenten 2011/1, Geneesmiddelen bij zwangerschap en borstvoeding.
Auteur
Carolijn Huizinga, apotheker
Doelstellingen van dit nascholingsprogramma
Na afronding van dit nascholingsprogramma heb je meer kennis en inzicht en daardoor zul je beter in staat zijn zwangere vrouwen, jonge moeders en vrouwen met kinderwens met vragen over geneesmiddelen te begrijpen, hun vragen te beantwoorden en eventueel advies te geven.
Dit leerdoel bereik je na het afronden van dit programma, doordat je:
- weet wat er tijdens de zwangerschap met moeder en kind gebeurt;
- inzicht hebt in de meest voorkomende problemen tijdens de zwangerschap en ben je in staat leefstijladviezen te geven;
- de meest voorkomende problemen tijdens het geven van borstvoeding kent;
- op de hoogte bent van het geneesmiddelenclassificatiesysteem voor geneesmiddelen bij zwangerschap en borstvoeding;
- weet welke middelen veilig gebruikt kunnen worden bij veelvoorkomende zwangerschapskwalen en lactatieproblemen.