Inleiding
Toxicologie is een van de oudste wetenschappelijke disciplines. De mens moest immers planten die geschikt waren voor consumptie onderscheiden van giftige soorten. In onze samenleving is de toxicologie overal te vinden. In het nieuws worden dagelijks incidenten gemeld waarbij mensen aan toxische stoffen zijn blootgesteld. Maar ook in de huisartsenpraktijk wordt u dagelijks geconfronteerd met toxicologie. Ongeveer 92% van alle vergiftigingen gebeurt namelijk thuis. Daarbij moet u denken aan schoonmaakmiddelen, medicijnen en planten.
Volgens de berekening van het NIVEL (Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg) is de incidentie van intoxicaties 0,9 per 1000 patiënten. Intoxicaties komen vooral voor bij kinderen tot 4 jaar. Overdosering van medicatie ontstaat voornamelijk bij volwassenen.
In deze nascholing worden de basisbegrippen van de toxicologie behandeld. Ook zullen verschillende toxicologische effecten van stoffen en de behandeling aan bod komen.
Accreditatie
Voor dit nascholingsprogramma is voor 2 punten accreditatie toegekend onder ID 251276 voor huisartsen, specialisten ouderengeneeskunde en artsen verstandelijk gehandicapten.
Inhoud
Blok A Algemene informatie toxicologie
A1 Basisprincipes toxicologie
A2 Toxicologie in de natuur
A3 Toxicologie in het dagelijks leven
Blok B Klinische toepassingen
B1 Algemene principes bij de behandeling van intoxicaties
B2 Het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum
B3 Drugs intoxicatie
B4 Geneesmiddelintoxicatie
Actie en verantwoording
Nadere bespreking van vragen en casuïstiek
Literatuur
Opdrachtblad 'Invoering in de praktijk'
Teamoverleg/Hagro/FTO/WDH
Afsluitende toets
Auteurs
Bertine C. Bast, huisarts in opleiding.
Aalt Bast, hoogleraar Humane Toxicologie, hoofd van de Vakgroep Farmacologie en Toxicologie, Universiteit Maastricht.
Belangenconflicten: geen.
Doelstellingen van dit nascholingsprogramma
Na afloop van deze nascholing:
- kunt u eliminatieroutes benoemen waarmee stoffen worden verwijderd uit het lichaam;
- kunt u het toxicologische risico definiëren in termen van ‘hazard’ en blootstelling;
- kent u toxische stoffen in planten, dieren en bacteriën;
- weet u hoe u het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC) kunt bereiken en welke vragen u moet beantwoorden;
- herkent de symptomen van de meest voorkomende partydrugs en acute alcoholintoxicatie;
- kent u mogelijke interacties tussen verschillende geneesmiddelen;
- kent u de begrippen idiosyncratische toxiciteit en anticholinerge cumulatie.