De afgelopen jaren is de aandacht voor transgender personen enorm toegenomen. Documentaires op televisie, artikelen in kranten en tijdschriften, en ervaringsverhalen op sociale media hebben bijgedragen aan een veel grotere bekendheid en zichtbaarheid van het gegeven dat niet iedereen zich volledig man of vrouw voelt. Hiermee is er ook grotere acceptatie en erkenning ontstaan voor transgender jongeren en volwassenen. Vooral bij de jongere generaties lijkt er meer ruimte om uiting te geven aan transgender gevoelens. Op scholen en universiteiten is het aantal jongere millennials dat zich niet identificeert met het bij de geboorte toegewezen geslacht veel groter dan onder de oudere generatie X of de babyboomers. Deze toegenomen erkenning heeft ook geleid tot een veranderd denken over transgender ervaringen in de maatschappij, waarbij steeds vaker benadrukt wordt dat het gaat om een variatie van genderdiversiteit en niet om (psycho)pathologie. De ‘oudere’ termen als ‘transseksualiteit’ en ‘ombouwen’ worden bij voorkeur niet meer gebruikt en er is meer nadruk komen te liggen op zelfbeschikking en autonomie. Volgens de in 2014 veranderde wet geslachtsaanpassing is sterilisatie niet langer vereist om het geslacht te laten aanpassen in de Basisregistratie Personen. De regering heeft voor deze eerdere eis spijt betuigd. Een aanpassing van deze wet is in voorbereiding, na evaluatie. Daarbij vervalt mogelijk ook de nu nog vereiste deskundigenverklaring ter beoordeling van de wilsbekwaamheid van een wens tot geslachtsaanpassing.
Voor de huisarts en de zorgsector is relevant dat er parallel aan deze toegenomen aandacht en zichtbaarheid een grote toename is van mensen met zorgvragen rondom hun genderdiversiteit. Het kan daarbij gaan om somberheid, angst, of suïcidaliteit rondom uitzoekvragen en ervaren schaamte, sociale uitsluiting en eenzaamheid. Maar vaak ook gaat het om een vraag in verband met een medische genderbevestigende behandeling met behulp van bijvoorbeeld puberteitsremmers, hormonen of operaties. De sterke toename van deze vragen heeft geleid tot lange wachtlijsten bij de gespecialiseerde transgenderzorgcentra. Ondanks opening van meerdere nieuwe centra, zijn de wachttijden voor deze zorg opgelopen tot meerdere jaren. Een landelijk onderzoek naar de verwachte zorgvraag in de toekomst liet zien dat de wachttijden helaas, los van welk scenario van uitbreiding, nog wel even zullen blijven bestaan. Het lijkt daarom van belang dat ook minder gespecialiseerde zorgsettings beter toegerust raken om (psychische) zorg te bieden aan transgender personen. In deze nascholing voor huisartsen verstrekken wij daarom relevante medische kennis over transgenderzorg die van pas komt in de huisartsenpraktijk. De huisarts is op die manier in staat de juiste informatie te geven en zo nodig gericht te verwijzen, hetzij voor psychische ondersteuning hetzij voor medische interventie. Na het doornemen van de nascholing zijn de criteria voor een medische interventie bekend en weet men wat er gedurende de wachttijd al geboden kan worden.
Met de toegenomen aandacht is er ook een toename van kritiek en, in sommige omgevingen, een vermindering van begrip en acceptatie. Er zijn zorgen of met name de zorg voor transgender jongeren wetenschappelijk voldoende onderbouwd is, over verklaringen voor de toename in zorgvraag, en over de vraag of het nu geboden zorgmodel ook effectief is voor nieuwere of andere presentaties van genderdiversiteit in vergelijking met eerdere jaren. We gaan op deze kritiek in, omdat juist de huisarts hierover ook vragen kan verwachten als mensen zich voor het eerst presenteren.
Als voornaamste bronnen voor deze nascholing dienen de Kwaliteitsstandaard Transgenderzorg – Somatisch (2018) en de Kwaliteitsstandaard Psychische Transgenderzorg (2017). Er wordt regelmatig naar verwezen. Ook naar de internationale Standards of Care for the Health of Transgender and Gender Diverse People, version 8, zal regelmatig verwezen worden.
Doelstellingen van dit nascholingsprogramma
Na afronding van dit nascholingsprogramma:
- weet u hoe u transgender personen aanspreekt en open en steunend ontvangt;
- kent u het verschil tussen genderidentiteit, genderrol/-expressie, geboorte (toegewezen) geslacht en seksuele aantrekking/identiteit;
- kent u de terminologie en classificatie volgens DSM-5 en ICD-11 die gebruikt worden in de transgenderzorg;
- kunt u transgender personen en/of hun ouders voorlichting geven over de variatie in ontwikkelingspaden die er is;
- kunt u onderscheid maken tussen een advies voor gendernon-conforme kinderen vóór de puberteit, transgender adolescenten en transgender volwassenen;
- bent u op de hoogte van de mogelijkheden in de GGZ voor transgender personen;
- bent u op de hoogte van de mogelijkheden in de somatisch specialistische zorg voor transgender personen;
- kent u de verschillende mogelijkheden van zorg voor transgender personen die u al in de huisartsenpraktijk kunt adviseren en voorschrijven (menstruatieonderdrukking, logopedie);
- weet u wat een sociale transitie inhoudt en kunt u voor- en nadelen hiervan bespreken;
- kent u de verschillende stappen in een eventueel specialistisch medisch genderbevestigend traject: puberteitsremmers, hormonen en operaties;
- kent u de criteria waaraan voldaan moet worden voor de verschillende stappen in een medisch genderbevestigend behandeltraject;
- weet u vanaf welke leeftijd een wettelijke geslachtsverandering mogelijk is en hoe daarvoor een deskundigenverklaring te verkrijgen is;
- bent u op de hoogte van de consequenties van een genderbevestigende hormoonbehandeling voor bloedonderzoek;
- bent u op de hoogte van de consequenties van een geslachtsaanpassing voor bevolkingsonderzoek;
- bent u op de hoogte van het belang van anticonceptie ook naast een (medicamenteus) geslachtsbevestigend behandeltraject;
- bent u op de hoogte van de nazorg na een geslachtsbevestigend behandeltraject.
Inhoudsoverzicht
Inleiding
BLOK A Definities en classificatie
A1 Definities, begrippen en bejegening
A2 Classificatie en verwacht beloop
BLOK B Begeleiding en verwijzing
B1 Begeleiding door de huisarts
B2 Verwijzing en nazorg door huisarts
BLOK C Behandeling in specialistisch centrum
C1 Criteria en medische interventies
Actie en verantwoording
Nadere bespreking van vragen en casuïstiek
Literatuur
Opdrachtblad ‘Invoering in de huisartsenpraktijk’
Teamoverleg/Hagro/FTO/WDH
Toets voor Huisartsen 2024/3
Over de auteurs
Annelou de Vries is als kinder- en jeugdpsychiater werkzaam bij het Amsterdam UMC/Levvel Specialisten Jeugd en Gezin. Een belangrijk en bijzonder deel van haar klinische werk en onderzoek is gewijd aan transgender adolescenten, waarmee zij zich al meer dan 20 jaar bezighoudt. Zij leidt een onderzoekslijn naar mentale gezondheid, besluitvorming en behandeluitkomsten van de zorg voor transgender jongeren. Ze is een internationaal veelgevraagd specialist, treedt regelmatig op in de media. Zij is betrokken bij richtlijnontwikkeling en organiseert congressen en nascholingen over transgender jongeren. Daarnaast is zij na meer dan 18 jaar werkzaam geweest te zijn in de ziekenhuispsychiatrie sinds 2020 regiepsychiater op een topklinische opnameafdeling voor jongeren met dwang-, angst- en aanhoudende lichamelijke klachten (ALK).
Sabine Hannema is kinderarts-endocrinoloog en werkt sinds 2020 in het Amsterdam UMC. Eerder was zij werkzaam bij het Leids Universitair Medisch Centrum en het Erasmus MC. Zij heeft als aandachtsgebieden aandoeningen van de geslachtsontwikkeling en transgenderzorg en combineert zorg en onderzoek.
Thomas Steensma is GZ-psycholoog met jarenlange ervaring in het begeleiden en behandelen van kinderen, jongeren en volwassenen met genderincongruentie. Thomas is betrokken bij verschillende nationale en internationale adviesraden en werkgroepen. Hij heeft een groot aantal artikelen gepubliceerd in wetenschappelijke tijdschriften en boeken gericht op de zorg en behandeling van mensen met genderincongruentie. Naast zijn werk bij het Kennis- en Zorgcentrum voor Genderdysforie van het Amsterdam UMC, locatie VUmc, werkt hij bij Gender Clinic Mental Health.
Norah van Mello is een ervaren gynaecoloog met uitgebreide kennis en ervaring op het gebied van gynaecologische zorg en specifiek fertiliteitszorg voor transgender personen. Daarnaast is ze werkzaam als endocrinoloog, beide bij zowel het Kennis- en Zorgcentrum voor Genderdysforie van het Amsterdam UMC, locatie VUmc, als bij Gender Clinic. Ze is betrokken bij verschillende onderzoeken binnen transgenderzorg, fertiliteit en gynaecologie en was coauteur van de internationale zorgstandaarden.
Elfi Conemans is een ervaren internist-endocrinoloog op het gebied van hormoonbehandeling voor transgender personen. Gedreven door passie voor het vak biedt zij hoogwaardige endocriene zorg. Zij is jarenlang verbonden geweest aan het Amsterdam UMC en werkt nu bij Gender Clinic.
De auteurs hebben geen financiële banden met de farmaceutische industrie, ontvangen geen onderzoeksgeld van commerciële partijen en hebben geen bedrijfsbelangen of andersoortige financiële relaties met betrekking tot dit onderwerp.