Samenvatting
Hoewel de meeste Nederlanders tevreden zijn over de kwaliteit van hun seksleven, komen seksuele problemen regelmatig voor. Bij mannen gaat het dan bijvoorbeeld over erectieproblemen en voortijdig klaarkomen. Bij vrouwen gaat het vooral om pijn bij het vrijen, moeite hebben met subjectief seksueel verlangen en problemen bij het krijgen van een orgasme. Behalve seksuele problemen kan er sprake zijn van problemen rondom parafilieën zoals fetisjisme, pedofilie en BDSM (Bondage & Discipline (BD), Dominance and Submission (DS) en Sadism & Masochisme (SM)). Bovendien hebben patiënten soms vragen over genderidentiteit of worstelen zij hiermee.
Uit onderzoek blijkt dat veel mensen wel hulp zouden willen, maar dat zij vaak geen contact hebben gehad met een hulpverlener over hun seksuele problemen. Dit komt onder andere omdat mensen (zowel hulpverleners als patiënt) het lastig vinden om het gesprek over seksualiteit aan te gaan. Maar ook omdat bij patiënten de kennis ontbreekt over mogelijke hulp. In deze nascholing wordt daarom vooral ingegaan op manieren om seks(ualiteit) ter sprake te brengen aan de hand van concrete voorbeelden.
Algemene bronnen
De nascholing is deels gebaseerd op:
- zorgstandaard Seksuele disfuncties;
- zorgstandaard Parafiele en hyperseksuele stoornissen;
- kwaliteitsstandaard Psychische transgenderzorg;
- NHG-Standaard seksuele klachten.
In de tekst wordt regelmatig gebruikgemaakt van (delen van) definities die in de hiervoor genoemde zorgstandaarden worden aangegeven.
De indeling van de (seksuele) stoornissen in deze nascholing is gebaseerd op de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, 5th Edition (DSM-5) van de American Psychiatric Association (APA). Ook de psycholoog-seksuoloog werkt hiermee bij het stellen van een diagnose.
Veel van de informatie over behandeling is afkomstig uit de dagelijkse behandelpraktijk van de auteur en haar ervaring met wat werkt in de praktijk. Er is gekozen voor een praktische nascholing, waarbij minder ruimte is voor een uitgebreide theoretische onderbouwing en geschiedenis, behalve dan de onderbouwing die ook aan patiënten kan worden uitgelegd. In de nascholing worden regelmatig aanvullende bronnen genoemd waar de POH-GGZ praktische informatie kan vinden. De bronnen en websites zijn ook achter in de nascholing nogmaals opgenomen.
In deze nascholing wordt eerst in BLOK A een uitleg gegeven over seksuele problemen, parafilieën en genderidentiteit/genderdysforie. In BLOK B leer je hoe je seksualiteit ter sprake brengt en een start maakt met de behandeling van zowel individuele patiënten als (echt)paren.
Accreditatie
Dit programma is door de LV POH-GGZ en de NVvPO voor 3 punten geaccrediteerd onder ID 461073.
Inhoud
BLOK A Problemen en vragen rondom seksualiteit
A1 Casuïstiek
A2 Seksuele disfuncties, genderdysforie en parafiele stoornissen
BLOK B Behandeling
B1 Inleiding en PLISSIT-model
B2 Permission
B3 Limited Information en Specific Suggestions
B4 Intensive Therapy
Actie en verantwoording
Nadere bespreking van vragen en casuïstiek
Literatuur
Opdrachtblad ‘Invoering in de praktijk’
Teamoverleg en intervisie
Toets voor POH-GGZ 2022/1
Over de auteurs
Karen Rosier-Brattinga is GZ-psycholoog en seksuoloog NVVS (Nederlandse Wetenschappelijke Vereniging voor Seksuologie). Zij heeft een eigen praktijk in Leeuwarden (www.rosierpsychologie.nl) en ziet patiënten met alle voorkomende psychologische en seksuele problemen en problemen met parafilie. Zij behandelt mensen zowel individueel, met partner als in een groep. Ook ziet zij regelmatig mensen die vragen hebben over genderidentiteit of een gendertransitietraject. Voor eventueel somatische oorzaken en vragen overlegt zij regelmatig met specialisten op somatisch gebied (zoals gynaecoloog, uroloog, bekkenfysiotherapeut en genderteam). Karen geeft ook lezingen en workshops aan (toekomstige) hulpverleners met de titel ‘Let’s talk about sex’, omdat zij het belangrijk vindt dat seksualiteit door elke hulpverlener ter sprake kan worden gebracht. Karen is bereikbaar via info@rosierpsychologie.nl.
De auteur heeft geen financiële banden met de farmaceutische industrie, ontvangt geen onderzoeksgeld van commerciële partijen en heeft geen bedrijfsbelangen of andersoortige financiële relaties met betrekking tot dit onderwerp.
Doelstellingen
Na afloop van dit nascholingsprogramma:
- weet je wat verstaan wordt onder seksuele problemen, parafilieën en genderdysforie;
- weet je waarom het belangrijk is seksualiteit te bespreken met patiënten;
- weet je hoe je seksualiteit bespreekbaar kunt maken;
- kun je patiënten uitleg geven over de meest voorkomende seksuele problemen;
- weet je hoe je een start kunt maken met de behandeling van seksuele problemen of vragen.