Sinds 1 januari 2020 is de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) van kracht. Deze wet is de opvolger van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz), die vanaf 1994 de wettelijke grondslag vormde voor onvrijwillige behandeling van patiënten met een psychische stoornis. Aanleiding voor de wetswijziging was dat de Wet Bopz in de loop der tijd vele aanpassingen heeft gekend. Deze werden mede ingegeven door een veranderende werkwijze in de GGZ, met de steeds grotere nadruk op ambulante zorg, terwijl de Wet Bopz – de naam zegt het al – in beginsel was gericht op onvrijwillige zorg in de kliniek. In de loop der tijd zijn er al veel aanpassingen gedaan in de Wet Bopz met onder andere de invoering van de voorwaardelijke machtiging, waarna bij de evaluatie in 2007 werd geconcludeerd dat de wet aan vernieuwing toe was. In 2008 werd het eerste wetsontwerp voor de Wvggz ingediend, dat nadien nog vele aanpassingen heeft gekend, uiteindelijk culminerend in de vorm die in 2020 van kracht werd. Aanvankelijk waren er regionale multidisciplinaire commissies voorzien die zouden moeten oordelen over de eventuele noodzaak voor verplichte zorg met vervolgens een rechterlijke toetsing. Uiteindelijk werd de procedure vereenvoudigd met een centrale rol voor de geneesheer-directeur in het proces. Ernstige incidenten en de problematiek rond personen met verward gedrag hebben er in de daaropvolgende jaren uiteindelijk toe geleid dat naast de oorspronkelijke doelstellingen van de nieuwe wet ook (meer) veiligheidsaspecten een rol hebben gekregen, met een nadrukkelijker rol voor de officier van justitie in het proces.
De uitvoering van de Wvggz is nu twee jaar gaande. In de implementatiefase zijn de nodige uitvoerings- en interpretatieproblemen aan het licht gekomen, waarover gaandeweg jurisprudentie wordt opgebouwd naar aanleiding van rechterlijke uitspraken en klachtzaken. Naast praktische aanpassingen in de uitvoering binnen de kaders van de wet is er via (spoed)reparatiewetgeving een aantal – relatief kleine – aanpassingen ingevoerd. Op dit moment, najaar 2021, vindt een eerste formele wetsevaluatie plaats om meer fundamentele problemen te identificeren die aanpassing in de wet behoeven.
In deze nascholing wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste elementen van de Wvggz. De focus is vooral gericht op de praktische uitvoering in de dagelijkse praktijk voor behandelaren die te maken krijgen met de Wvggz. Het is natuurlijk niet mogelijk alle onderdelen van de Wvggz in extenso te behandelen. Daarom is de aandacht gericht op de zaken die voor de uitvoering in de klinische praktijk het meest relevant zijn. Daarbij is de uitvoering van verplichte zorg in een forensische setting (hoofdstuk 9 van de Wvggz) wegens het specifieke karakter en de wat afwijkende regels die nog een duidelijk ‘Bopz-karakter’ hebben, niet opgenomen in deze nascholing. Evenmin wordt specifiek ingegaan op de uitvoering van de Wvggz bij jeugdigen (12-18 jaar), waar een grensvlak bestaat met maatregelen op grond van de Jeugdwet, dat een apart domein vormt.
Inhoud
BLOK A Achtergronden en kaders van de Wvggz
A1 Uitgangspunten en doelen van de Wvggz
A2 Aansluiting op Wet zorg en dwang (Wzd) en Wet forensische zorg (Wfz)
A3 Beoordeling noodzaak en preventie van verplichte zorg
A4 Rechten en mogelijkheden van patiënten en naasten
A5 (Voorbereiding) zorgmachtiging en crisismaatregel
BLOK B Toepassing van verplichte zorg
B1 Uitvoering verplichte zorg
B2 Klachtmogelijkheden
B3 Beëindiging, verlof en evaluatie
Actie en verantwoording
Nadere bespreking van vragen bij casuïstiek
Literatuur
Toets voor Psychiaters 2022/1
Accreditatie
Dit programma is door de NVvP voor 3 punten geaccrediteerd onder ID 461464. Accreditatie geldt tot 9 mei 2024.
Over de auteurs
Emile Barkhof is psychiater en geneesheer-directeur bij Arkin. Als psychiater werkt hij bij een FACT-team in Amsterdam-West, waar de focus ligt op de behandeling van patiënten met ernstige psychiatrische aandoeningen (EPA) en is hij betrokken bij onderzoek op dit gebied. Als geneesheer-directeur is hij binnen Arkin verantwoordelijk voor de uitvoering van wet- en regelgeving en toezicht op de kwaliteit van zorg. Hij is bestuurslid van de afdeling Geneesheerdirecteuren van de NVvP.
Marcel Monden is psychiater en geneesheer-directeur bij GGZ NHN (Noord-Holland-Noord). Als psychiater werkt hij in een SSIW-team (specialisten samen in de wijk). Dit is een sterk regionaal georiënteerd team, waarin de FACT-methodiek wordt toegepast op patiënten met EPA. Als geneesheer-directeur is hij binnen GGZ NHN verantwoordelijk voor de uitvoering van wet- en regelgeving en heeft kwaliteit van zorg in zijn portefeuille. Hij is tevens lid van het afdelingsbestuur geneesheer directeuren van de NVvP.
Heleen Schaffels is psychiater en geneesheer-directeur bij GGZ inGeest. Als psychiater werkt zij op een High & Intensive Care (HIC) in Amsterdam-Zuid. Als geneesheer-directeur is zij binnen GGZ inGeest verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet verplichte ggz en verantwoordelijk voor het interne toezicht op de kwaliteit van zorg. Zij is tevens lid van het afdelingsbestuur geneesheer-directeuren van de NVvP.
De auteurs hebben geen financiële banden met de farmaceutische industrie, ontvangen geen onderzoeksgeld van commerciële partijen en hebben geen bedrijfsbelangen of andersoortige financiële relaties met betrekking tot dit onderwerp.
Doelstellingen
Na afloop van deze nascholing:
- heeft u meer inzicht in de grondprincipes en doelstellingen van de Wvggz;
- kent u de mogelijkheden die de Wvggz biedt wanneer onvrijwillige zorg overwogen wordt;
- hebt u meer kennis van de rol van de verschillende actoren rond de wet;
- kunt u de wettelijke regels omtrent de uitvoering van verplichte zorg op een juiste manier toepassen.