Om een orthodontische diagnose te kunnen stellen moeten de bevindingen van het extra- en intraorale onderzoek en die van het modelonderzoek en de röntgenfoto’s in kaart worden gebracht. Uit deze diagnose volgt een probleemlijst en een behandeldoel dat mede op de wensen van de patiënt gebaseerd is. Met deze gegevens kan vervolgens het behandelingsplan worden opgesteld. Vaak is het intraorale behandeldoel mooi opgelijnde tandbogen te verkrijgen, evenals een goede knobbelinterdigitatie in de zijdelingse delen (in de meeste gevallen een neutro-occlusie) en een goede occlusie in het front, met frontcontact. Daarbij mogen het profiel en de lach niet verslechteren. Kennis van de groei en ontwikkeling van het tand-kaakstelsel is onmisbaar om bijtijds afwijkingen te kunnen ontdekken zoals impactie van cuspidaten en agenesie. Na de actieve orthodontische fase volgt de retentiefase. Deze fase is een uitdaging, omdat moeilijk te voorspellen is of er relaps of andere standsveranderingen zullen optreden. Daarom is levenslange retentie met vaste draadspalken de standaard.
Accreditatie
Voor dit nascholingsprogramma is KRT-erkenning voor 4 punten (onder ID311228) en Q-Keurmerk© toegekend.
Inhoud
- Woord vooraf
- Onderzoek en diagnostiek
- Probleemlijst en behandeldoelen
- De actieve behandeling
- De retentiefase
Auteur
Nicoline C.W. van der Kaaij (1983) heeft zowel haar tandheelkundestudie als haar orthodontiespecialisatie gevolgd aan het Academisch Centrum voor Tandheelkunde Amsterdam (ACTA). Na haar opleiding tot specialist (2012) heeft ze enige tijd als waarnemend orthodontist gewerkt. Daarnaast is ze bij ACTA aangesteld als docent bij de afdeling Orthodontie, waar ze college geeft aan de studenten tandheelkunde en de orthodontisten in opleiding. Naast deze onderwijstaken is ze bezig met haar promotieonderzoek naar maatregelen om witte-vleklaesies, die bij de behandeling met vaste apparatuur kunnen ontstaan, te voorkomen. Sinds 2014 werkt ze ook in het Erasmus MC-Sophia kinderziekenhuis te Rotterdam, alwaar ze lid is van het schisis- en craniofaciale team en betrokken is bij de orthodontische behandeling van de patiënten die onder de zorg van dit team vallen. In 2016 werd ze mede-eigenaar van de orthodontiepraktijk ‘Orthodontisten Heemstede’.
Doelstellingen
Na het doorlopen van deze eLearning:
- heeft u kennisgenomen van de groei van de boven- en onderkaak;
- weet u hoe de orthodontische diagnose wordt gesteld, zowel skeletaal, dentaal als extraoraal;
- kunt u de mogelijke effecten van langdurig afwijkend mondgedrag op de groei van het tandkaakstelsel aangeven;
- kunt de gronden opnoemen waarop tot een extractietherapie dan wel tot een non-extractietherapie wordt besloten;
- kunt u aangeven wanneer een interceptieve behandeling geïndiceerd is;
- kunt u op basis van de orthodontische diagnose aangeven wat het juiste tijdstip is om een slechte eerste molaar te extraheren;
- kunt u de voor- en nadelen noemen van het sluiten of openen van diastemen die door agenesie ontstaan;
- kunt u op basis van de orthodontische diagnose de voor- en nadelen noemen van diverse orthodontische behandelingen;
- weet u hoe vaak impactie van de bovencuspidaat voorkomt, en waar geïmpacteerde cuspidaten meestal gelokaliseerd zijn;
- kunt u aangeven waarom retentie wordt toegepast;
- weet u welke vorm van retentie in Nederland het meest wordt toegepast.
Video's bij dit programma
